Onlangs een kistje gekocht uit april 1999 en vandaag eentje opgestoken.
Gelijk mijn nieuwe boortje uitgeprobeerd. A cru geeft deze sigaar niet veel van haar geheimen prijs, alleen een lichte zweem van hooi.
De sigaar ging vlot van start, brandde lekker en gaf veel rook die erg lekker ruikt. Wel een zware trek, maar desondanks toch voldoende rook en smaak in de mond. Lekker romig, niet zwaar.
Na het eerste derde deel groeit de askegel een beetje scheef en ook de trek wordt wat moeilijker; met de nodige aandacht, liefde en vakmanschap (?) blijft de sigaar toch aan.
Na het aftikken van de as pakt deze koninklijke stok haar oude ritme weer op en ik geniet van de romige smaak. Zo'n beetje op de helft wordt de sigaar wat voller, hoewel het geen enkel moment aan een zware Havana doet denken. Geen aarde of leer, alleen maar subtiele verwijzingen naar vluchtige, ongrijpbare aroma's.
Na ongeveer anderhalf uur raakt deze oude vorstin verwikkeld in een hevige doodstrijd, gepaard gaande met een licht bittere ondertoon (niet storend, juist interessant) en een terminale scheefbrand.
Ik besluit niet meer in te grijpen maar houd mijn lippen vol verlangen tegen haar zachte huid, totdat mijn mond verzengd wordt door de brandende hartstocht die tot op het laatst in haar binnenste is blijven smeulen.
Wat rest van haar stoffelijke omhulsel doet geen recht aan de schoonheid van deze sigaar...